-
1 snelheid
1 speed 〈 ook met betrekking tot film〉 ⇒ 〈 vaart ook〉 pace, 〈 vaart ook〉 tempo, 〈 licht, geluid ook〉 velocity♦voorbeelden:op volle snelheid • (at) full speedsnelheid minderen • reduce speed, slow down -
2 loeihard
-
3 rijden
1 [zich voortbewegen van een voertuig] drive 〈 auto〉; ride 〈 (motor)fiets, rolstoel〉 ⇒ 〈 snelheid hebben〉 move, 〈 volgens dienstregeling〉 run 〈 trein, bus〉, do 〈 met betrekking tot snelheid, afstand〉3 [schaatsen] (ice) skate♦voorbeelden:1 hoeveel heeft je auto al gereden? • how many miles/kilometres has your car done?door een vakbondsactie rijden de treinen niet • owing to industrial action no trains are runningeen taxi en een vrachtwagen reden op elkaar (in) • a cab and a lorry collided(te) dicht op elkaar rijden • not keep one's distancede tractor rijdt op dieselolie • the tractor runs/operates on diesel oildie auto rijdt gemakkelijk • that car drives easilyII 〈 overgankelijk werkwoord〉1 [vervoeren] drive♦voorbeelden:iemand in een rolstoel rijden • wheel someone in a wheelchair2 [(op) een rijdier voortbewegen] ride♦voorbeelden:1 honderd kilometer per uur rijden • drive/do a hundred kilometres an hour(met) een kruiwagen rijden • wheel a wheelbarrowhij kan uitstekend rijden • he drives extremely wellhij werd bekeurd omdat hij te hard reed • he was fined for speedingdoor het rode licht rijden • go through a red lightin een auto rijden • drive (in) a carop een tegenligger rijden • crash/run into an oncoming car2 uit rijden gaan, gaan rijden • go (out) for a ride/driveop een/te paard rijden • ride a horse/on horseback -
4 in
in1I 〈 bijwoord〉2 [van tijd] in3 [van plaats/toestand] in ⇒ inside4 [als versterking van ‘tegen’] 〈zie voorbeelden 4〉♦voorbeelden:ergens in en uit lopen • run in and out of a placetegen het verbod in • in defiance of the banII 〈 bijvoeglijk naamwoord〉1 [binnen] in2 [populair] in♦voorbeelden:2 lange rokken waren/raakten in • long skirts were/came in————————in2〈 voorzetsel〉1 [met betrekking tot een plaats] in ⇒ at2 [met betrekking tot een richting] into4 [met betrekking tot een hoeveelheid/omvang] in5 [met betrekking tot een mate/graad/snelheid] in6 [met betrekking tot een toestand/omstandigheden] in7 [met betrekking tot een verandering/gevolg] in ⇒ to, into♦voorbeelden:puistjes in het gezicht • pimples on one's facehij is in huis • he's insidein heel het land • throughout/all over the countryhij is nog nooit in Londen geweest • he's never been to Londonhij woont in de stad • he lives in townin heel de stad • in the whole/entire townin ‘The King's Arms’ logeren • stay at ‘The King's Arms’hij zat niet in die trein/dat vliegtuig • he wasn't on that train/planehij is de stad in • he has gone to/into towndiep in de nacht • deep into the nighteen keer in de week • once a weekin 1994 • in 1994er gaan 100 cm in een meter • there are 100 centimetres to a metretwee meter in omtrek • two metres in circumferencein tweeën snijden • cut in twoin een rustig tempo • at an easy pacein het Japans vertalen • translate into Japanesehandelen in koffie • deal in coffeeprofessor in de natuurkunde • professor of physicsin slaap • asleepzij is goed in wiskunde • she's good at mathematics -
5 rate
n. koers; cijfer; snelheid; prijs; klas; plaatselijke belasting; geval--------v. schatten; berispenrate1[ reet] 〈 zelfstandig naamwoord〉1 snelheid ⇒ vaart, tempo2 prijs ⇒ tarief, koers3 (sterfte/geboorte)cijfer4 (kwaliteits)klasse ⇒ rang, graad5 〈voornamelijk meervoud; Brits-Engels〉 gemeentebelasting ⇒ 〈 in het bijzonder〉 onroerendgoedbelasting, onroerendezaakbelasting♦voorbeelden:rate of interest • rentevoetimprove the rate of pay • het loon/salaris verhogenbuy oranges at a rate of 70p a pound • sinaasappels kopen voor 70p per pond¶ at any rate • in ieder geval, ten minsteat this/that rate • in dit/dat geval; op deze/die manier————————rate21 gerekend worden ⇒ behoren, gelden♦voorbeelden:he rates as one of the best writers • hij geldt als een van de beste schrijversII 〈 overgankelijk werkwoord〉3 beschouwen ⇒ tellen, rekenen4 〈 voornamelijk Brits-Engels〉 aanslaan ⇒ taxeren, schatten 〈 met betrekking tot onroerendgoedbelasting, onroerendezaakbelasting〉♦voorbeelden:1 〈 figuurlijk〉 many tourists rate the service of this hotel high(ly) • vele toeristen slaan de bediening in dit hotel hoog aanrate someone's income at • iemands inkomen schatten op2 do you rate him? • sla je hem hoog aan?3 rate among/with • rekenen onder/tot -
6 opvoeren
1 [kracht/omvang doen toenemen] increase ⇒ step/speed up 〈 de gang van iets〉, accelerate 〈 de gang van iets〉♦voorbeelden:de productie opvoeren • step up production2 de lonen opvoeren • increase/lift wages3 de momenteel opgevoerde toneelstukken • the plays on/running at the moment4 een vakantie opvoeren als zakenreis • claim/enter a holiday as a business trip -
7 uitlopen
6 [sport] [een voorsprong nemen] draw ahead (of)7 [meer tijd in beslag nemen] overrun its/one's time9 [met betrekking tot schoeisel] be worn/broken in13 [sport] [door te lopen zich ontspannen] run easy (to recover)♦voorbeelden:dat loopt hier maar in en uit • you would think they lived here2 een auto laten uitlopen • let a car slow down, bring a car to a haltdit straatje loopt op de markt uit • this alley leads (on) to the market placedat loopt op niets/een mislukking uit • that will come to nothing/end in failuredie ruzie liep uit op een gevecht • the quarrel ended in a fight8 wijd uitlopende broekspijpen • flares, bell-bottoms12 uitgelopen oogschaduw • smeared/smudged eye shadowde verf is uitgelopen • the paint has run (out)II 〈 overgankelijk werkwoord〉1 [ten einde lopen] finish2 [groter maken] walk/wear/break in♦voorbeelden:2 schoenen uitlopen • walk/break in shoes -
8 minderen
-
9 gang
gang1〈de〉7 [met betrekking tot spijzen] course8 [loop/tocht ergens heen] trip9 [in samenstellingen] 〈zie voorbeelden 9〉♦voorbeelden:4 ga je gang maar • 〈 begin maar〉 (just/do) go ahead; 〈 ga maar verder〉 (just/do) carry on; 〈 na jou〉 after youzijn eigen gang gaan • go one's own waykunnen we aan de gang gaan? • can we get started?de les was al aan de gang • the lesson had already got going/(got) startedeen motor aan de gang krijgen • get an engine goingzo kan ik wel aan de gang blijven! • at this rate I'm never going to get finished!de zaak aan de gang houden • keep the business goingeen gesprek weer op gang brengen • get a conversation going againiemand op gang helpen • help someone to get going, give someone a startwij betreuren deze gang van zaken • we regret this state of affairsde dagelijkse gang van zaken • the daily routineverantwoordelijk zijn voor de goede gang van zaken • be responsible for the smooth running of thingsde verdere gang van zaken afwachten • await further developmentshet feest is in volle gang • the party is in full swingalles gaat weer zijn gewone gang • everything's back to normalhet leven hernam zijn gewone gang • life resumed its normal course9 gehoorgang • auditory duct/canal————————gang2〈de〉 〈 Engels〉1 [groep] gang
Перевод: со всех языков на все языки
со всех языков на все языки- Со всех языков на:
- Все языки
- Со всех языков на:
- Все языки
- Английский
- Нидерландский